Translate

Bariloche


Woensdag 7 januari

Vandaag rustig op weg door de Argentijnse Andes richting San Carlos de Bariloche. Ik heb alle tijd en heb geen afspraken of doelen in mijn planning staan. Twee kilometer verder dan mijn overnachtingsplek nam ik mij voor om eerst een ochtend wandeling door een Austrocedrus bos te maken.

Het Austrocedrus bos.
De Andes is hier heel anders dan aan de Chileense westkant. De neerslag is aan de westkant ca. 3.000 – 4.000 mm per jaar en hier achter de bergen ongeveer 800 – 1.500 mm. Dat scheelt natuurlijk een paar emmers water per m2. De rivieren zijn mager en rustig, de beplanting in de bossen zijn grotendeels gecultiveerd en bij lange na niet overwoekert met klim- en slingerplanten, geen ondoordringbare bamboes en zo goed als geen groene onder begroeiing van een rijke struiken laag.

Stam van Austrocedrus
In tegen stelling met Chili zijn de wegen in dit deel van Argentinië goed geasfalteerd en zijn er overal vangrails. Verder zijn de huizen groter en in een andere onderhouds-staat. De dorpjes en grotere plaatsen als Epuyen, El Hoyo en El Bolson zijn sterk op het toerisme georiënteerd. Wat de vakantieganger hier te zoeken heeft weet ik niet. Het is net of ik door de Vogezen, de Franse of de Zwitserse Alpen rijd.
Onderweg bestaan de bossen uit veel Austrocedrus chilensis opstanden, simpelweg cedro of lahuán genoemd en af en toe gemengd met Nothofagus antarctica, Ñire, en de meer algemeen voorkomende Nothofagus dombeyi, of in de volksmond Coigüe genoemd.

Chusquea macrostachya
De onder begroeiing bestaat hoofdzakelijk uit een kleinere bamboe, niet met alle kanten op woekerende wortel rhyzomen en het blad is helder en mooi afgeplat en hij wordt hier niet groter dan2.00– 2.50 meter. Deze bamboe lijkt me wel wat om in mijn arboretum te planten, moet de winterhardheid natuurlijk wel eerst weten. Ik vermoed, dat het Chusquea macrostachya is.

Chusquea macrostachya

Op de hellingen langs de weg groeien grote pollen en bijzonder klein blijvende Baccharis magellanica. Verder komt hier veel Cortaderia voor. 
Bariloche is een grote stad met een uitgebreide regionale uitstraling en ligt aan een groot meer, Lago Nahuel Huapi. Wanneer ik vanuit het zuiden de stad binnen kom, valt me direct naast een enorme open vuilnisbelt een krottenwijk op. Ik heb er natuurlijk wel veel van gezien op documentaires maar dit doet wel even anders aan. Nu in de hitte van het middaguur door een stoffige sloppenwijk rijdend, geen kop koffie of tijdens de latere tv uitzendingen met een glas wijn in de hand, beschermt voor de buis zitten te kijken. En met de vanzelf spekende schone slaapkamer zonder ongedierte in het vooruit zicht, gewoon voor het slapen gaan nog even douchen en naar het toilet. Nee, de mensen die hier wonen, eten, slapen en rondhangen, hebben een ander onderkomen dan wij in Nederland gewend zijn. Krotten zonder elektra, stromend water en sanitaire voorzieningen, zonder gas aansluiting en met brede spleten in de houten wanden. Een vod hangt voor een opening wat wij een raamopening noemen en een golfplaat dient als deur. Ik heb achter mijn huisje ook zoiets bouwvalligs staan, waarbij ik bang ben dat mijn fiets zal gaan roesten en de kartonnen dozen op tijd opgeruimd moeten worden, anders zakken ze van het vocht in elkaar. Maar hier in Bariloche wonen hele gezinnen in zulks onderkomens.

Een Woning van een familie.  
Wanneer ik de stad binnen rijd, zijn de woningen beter, maar dit soort huizen krijgen in Nederland een bord ‘onbewoonbaar” op gespijkerd. Het is één en al stof in deze wijken, overal staan half gesloopte auto’s, hangen “ monteurs” onder de motorkap en op de wegen staan kapotte auto’s, rijden schrootbakken en opvallend veel bussen, vol met mensen. Overal krioelt het van de mensen en wat mij hier opviel, was dat vooral de meisjes en vrouwen er overwegend verzorgd bij lopen????
Ik heb met de gedachte rondgelopen om foto’s in deze armoedige sloppenwijk te maken, maar ik vind het te gênant om armoede of andere status op deze wijze als “toerist” vast te leggen.
Verder de stad in, dichter bij het grote meer, is het anders.

Ergens in Bariloche.
Zoals ik twee weken geleden had geschreven is Bariloche een knooppunt voor toeristen die van de stad Buenos Aires of elders in Argentinië, op doorreis naar Chili zijn. Nadat ik bij een Visa accepterende tankstation had getankt heb ik een tijdje staan kijken naar het gewoel van mensen en auto’s. Bijna iedere derde voertuig is of een kleine of een grote bus, of vol met regionale of met internationale reizigers.
Toen ik de stad uitreed richting Chili, realiseerde ik me weer, dat ik geen reden heb om te klagen.

Embothrium coccineum.
Honderd kilometer verder, na het zeer drukke toeristisch plaatsje Angostura, dat te vergelijken is met Valkenburg of Volendam, neem ik het besluit om de Ruta de los 7 Lagos te nemen. Ik wou via de grensovergang bij Vulcan Lanin Chili weer binnen rijden. Langs deze mooie route bloeiden opmerkelijk veel grote Embothrium’s tussen de Coigüe’s. Verder komt hier weer veel Berberis voor, dit keer vooral darwinii en empetrifolia.

Vanaf bordje RN40 1145 heb ik op deze weg gereden.

Ik verlaat na meer dan 1.100 kilometer op de Ruta40 te hebben gereden deze kronkelende noord zuid verbinding.
Nogal laat in de avond vind ik via een goed georganiseerde toeristenbureau een slaapgelegenheid in het stadje Junin de los Andes, waar alles in het teken staat van de forel.